Bijlagen

Raadsvoorstel

Raadsvoorstel

                       Raadsvoorstel

Griffiersnummer:

Onderwerp:

Programmabegroting 2025

Datum B&W-vergadering

8 oktober 2024

Datum raadsvergadering

7 november 2024

Datum carrousel:

9 oktober 2024

Portefeuillehouder:

M.A. Barber

Ambtenaar:

Rob Jilisen

E-mailadres:

R.Jilisen@bergendal.nl

Zaaknummer:

Z-24-109188

Documentnummer:

VB/Raad/24/01952

Aan de gemeenteraad,

Voorstel

  1. De programmabegroting 2025 met een saldo van € 1.094.000 negatief vast te stellen, inclusief:
    1. De meerjarenraming 2026-2028;
    2. Het meerjareninvesteringsplan 2025-2028;
    3. Het kader voor de subsidies.
  2. Het negatieve resultaat van 2025 ter hoogte van € 1.094.000 ten laste te brengen van de reserve verwachte begrotingstekorten.

Inleiding
Wij bieden u de Programmabegroting 2025 in digitale vorm aan. Deze begroting is beschikbaar via http://programmavan.bergendal.nl/.

De begroting 2025 is gebaseerd op de uitgangspunten zoals u die heeft vastgesteld op 4 juli 2024 in de “Kaderbrief begroting 2025”. In de begroting 2025 is rekening gehouden met de septembercirculaire 2024 die wij op 17 september 2024 hebben ontvangen. Met deze informatie presenteren wij u een structureel sluitende begroting 2025. Incidenteel is de begroting 2025 niet sluitend. Wij stellen voor om dit incidentele tekort te dekken uit de reserve verwachte begrotingstekorten (gevormd bij de jaarrekening 2023). De jaren 2026 tot en met 2028 laten grotere tekorten zien. Daarvoor starten wij het proces ‘Ravijnjaren Spoor 3’.

Zoals eerder vermeld komt het grote tekort in 2026 en verder doordat de algemene uitkering vanaf 2026 fors daalt. Het kabinet heeft nog steeds geen extra rijksmiddelen ter beschikking gesteld. De verwachting was dat dit wel zou gebeuren. De VNG is hierover nog steeds in gesprek met het Rijk en dringt aan op aanvullende middelen.
De onzekerheid of de tekorten zich daadwerkelijk voordoen, vinden wij te groot om nu al bezuinigingsmaatregelen door te voeren. Uiteraard vinden wij het van groot belang en blijven we ons uiterste best doen om onze begroting structureel in evenwicht te houden. Wij voeren daarvoor een sterke lobby, zowel bij de provincie als bij de VNG.
Maar omdat het nieuwe kabinet nog geen duidelijkheid geeft over de toekomstige financiële compensatie starten we met het project ‘Ravijnjaar Spoor 3’.

Met dit project leggen we bij de Kadernota 2026 de uitgangspunten vast hoe wij de begroting vanaf 2026 weer structureel sluitend willen maken. Hiervoor vinden meerdere afstemmingsmomenten plaats met uw raad.
Naast Spoor 3 loopt ook het Spoor 2, waarvoor u onlangs een voorstel heeft ontvangen. Dit gaat over een aantal belangrijke projecten, waarover u een besluit moet nemen.

De meerjarenraming 2025-2028 is als volgt:

We hebben ervoor gekozen om een aantal nieuwe ontwikkelingen in de begroting op te nemen. Dit is tot een minimum beperkt, gezien het slechte meerjarige beeld. Deze ontwikkelingen benoemen we verderop in dit voorstel.

Op 17 september 2024 (Prinsjesdag) hebben wij de septembercirculaire 2024 ontvangen. In deze circulaire krijgen we een aanvullende compensatie voor loon- en prijsstijgingen. Dit hebben we verwerkt in de primaire begroting 2025. Over de septembercirculaire ontvangt u een afzonderlijke informatienota. We gaan hier verderop in dit raadsvoorstel op in.

Uitdagingen voor de komende jaren zijn nog steeds:
•   het bouwen van nieuwe woningen;
•   de toenemende behoefte aan zorg en de realisatie van de Hervormingsagenda Jeugd;
•   het behouden van voorzieningen voor beweging en ontmoeting;
•   het duurzamer en klimaatbestendiger maken van onze gemeente;
•   het behouden van goede onderwijshuisvesting.
We willen onze ambities waarmaken, maar hebben wel oog voor de tekorten op de arbeidsmarkt in alle sectoren.

Beoogd effect
Op grond van de Gemeentewet moeten wij de programmabegroting 2025 vóór 15 november 2024 aan Gedeputeerde Staten aanbieden.
We hebben de ambities, doelen en resultaten opnieuw geformuleerd en hierbij aansluiting gezocht bij het Coalitieplan 2022-2026 (DE WENSEN VAN NU versus DE OPGAVEN VAN DE TOEKOMST).

Argumenten
1.1 De meerjarenbegroting is structureel sluitend.
Het is de bevoegdheid van de gemeenteraad om de begroting vast te stellen. In de Gemeentewet (artikel 189) is vastgelegd dat de gemeenteraad een structureel sluitende begroting moet vaststellen voor repressief toezicht. Om voor repressief toezicht van de provincie in aanmerking te komen, moet of het eerste jaar van de meerjarenbegroting, of het laatste begrotingsjaar structureel sluitend zijn.
Het actuele meerjarenperspectief laat een structureel sluitende begroting voor 2025 zien, zodat de verwachting is dat we voor de begroting 2025 onder repressief toezicht blijven vallen. Repressief toezicht is de lichtst mogelijke vorm van provinciaal toezicht. Dit betekent dat de gemeente haar vastgestelde begroting en begrotingswijzigingen kan uitvoeren, zonder dat de Provincie deze vooraf moet goedkeuren.
Doordat de algemene uitkering in 2025 een flinke dip laat zien en we deze als incidenteel mogen beschouwen, is onze begroting 2025 alleen structureel in evenwicht. Over het geheel begroten we in 2025 een incidenteel tekort van € 1.094.000. We stellen voor dit tekort te dekken uit de reserve verwachte begrotingstekorten. Deze reserve hebben we bij de jaarrekening 2023 gevormd om begrotingstekorten op te vangen.

1.2 Nieuwe ontwikkelingen
Met het oog op de komende (ravijn)jaren, zijn wij terughoudend met het opnemen van nieuwe begrotingsposten. In deze begroting hebben wij een aantal nieuwe posten opgenomen, die wij belangrijk vinden. Deze hebben betrekking op uitbreiding van de formatie.

Met het oog op de financiële positie en de uitbreidingen van de afgelopen jaren is voor 2025 kritisch gekeken naar de formatie-uitbreidingen. Dit heeft desondanks geleid tot een claim van ongeveer € 0,5 miljoen voor ruim 7 fte. Deze uitbreiding is nodig om wettelijke taken uit te kunnen voeren. De uitbreidingen zijn ingediend om de dienstverlening aan de inwoners te waarborgen. Daarmee zien we dit jaar geen formatie-uitbreiding op beleidsfuncties. De uitbreidingen gaan om de volgende taken: burgerzaken, juridische zaken en vergunningen, consulent statushouders, kwaliteitsmedewerker Wmo-Jeugd-Inkomen-Participatie, bodediensten en bouwkundige ondersteuning.
In de paragraaf Bedrijfsvoering van de begroting staat een toelichting over ontwikkeling formatie, bezetting en inhuur op basis van de meest recente personeelsmonitor van het A&O fonds. Hieruit blijkt dat wij minder formatie hebben dan gemiddeld.

1.3 Kader subsidies (plafonds)

Met het vaststellen van het kader voor de gemeentelijke subsidies voorkomen wij open-einde regelingen. De ramingen hebben we gebaseerd op onze deelverordeningen en op de desbetreffende begrotingsposten.

1.4 Sociaal domein

Bij de voorzieningen op grond van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) zien we een toename van aanvragen voor huishoudelijke hulp. Enerzijds door de vergrijzing en het langer thuis blijven wonen, maar ook omdat mensen deze goedkope voorziening makkelijk weten te vinden. Er is door de rijksoverheid een kleine drempel opgeworpen door een andere eigen bijdrage systematiek. Die moet in 2026 ingaan en daar moeten we ons op voorbereiden. Dit brengt natuurlijk uitvoeringskosten met zich mee (inkomenstoets). Het is overigens maar de vraag is of deze maatregel leidt tot het gewenste effect. Want de maximale eigen bijdrage die inwoners moeten betalen is laag. Hierdoor neemt de zorgvraag wellicht niet af.
Een ander probleem is dat de aanbieders niet voldoende medewerkers hebben om alle toegekende hulp ook daadwerkelijk te bieden. Dat zal in 2025 nog steeds het geval zijn.

In 2025 moeten we ook rekening houden met extra kosten voor het realiseren van brandveilige stallingen voor scootmobielen. Dit is nodig vanwege strengere regelgeving. Bij de kosten voor zorg voor de jeugd zien we in 2024 een forse stijging. Redenen zijn onder andere:
- loonstijgingen die doorwerken naar de tarieven;
- verlaging van de caseload van jeugdbeschermers;
- ombouw van grote jeugdzorginstellingen naar kleinschalige woonvoorzieningen (onder andere frictiekosten door transformatie van het vastgoed en meer personeel nodig in kleinschalige woonvormen);
- meer complexe scheidingen;
- maatschappelijke ontwikkelingen zoals prestatiedruk en bestaansonzekerheid.

Het is niet mogelijk om steeds meer geld aan jeugdzorg uit te geven. Bovendien is er ook te weinig menskracht om dit vol te houden. In ons lokale programma jeugd, dat we binnenkort aan u voorleggen, en in de herijking van het koersdocument sociaal domein (in 2025) doen we voorstellen om de trend van steeds meer zorg en toenemende kosten om te buigen. Daarom hebben we in deze begroting de budgetten heel strak geraamd. Omdat er sprake is van veel niet-beïnvloedbare factoren, hebben we in de risicoparagraaf mogelijke budgetoverschrijdingen als risico opgenomen.

1.5 Groene Metropool Regio (GMR)

In uw vergadering van juni heeft u de Regionale Agenda 2025 – 2028 van de Groene Metropoolregio (GMR) besproken. U heeft bij deze gelegenheid uitgesproken in principe in te willen tekenen op alle vijf de opgaven. Daarnaast is besloten om The Economic Board (TEB) vanaf 1 juli 2024 weer te gaan subsidiëren.
Wel heeft u een zienswijze ingediend waarin u de GMR oproept om samen met gemeenten tot een voorstel te komen op welke wijze vanaf 2026 kan worden bezuinigd op de inwonerbijdrage. Aan deze zienswijze – die door meerdere raden was ingediend – is inmiddels gehoor gegeven. Door het DB is inmiddels een opdracht gegeven om te komen tot een concreet voorstel op welke wijze gekomen kan worden tot 5% dan wel 10% bezuiniging op de inwonerbijdrage.
Met het vaststellen van deze begroting voorziet u in de benodigde financiële middelen om in te tekenen op de 5 opgaven en subsidiëring van TEB.
Op grond hiervan zal het college na vaststelling van de begroting overgaan tot het ondertekenen van een vijftal opgaveovereenkomsten met een looptijd t/m 2028 (4 jaar).

1.6 Algemene uitkering (Mei- en Septembercirculaire 2024)
In de primaire begroting 2025 zijn de meicirculaire 2024 en de septembercirculaire 2024 verwerkt. De raming van de algemene uitkering is daarmee gebaseerd op de laatst bekende informatie van het Rijk.

Het kabinet is voornemens om Specifieke Uitkeringen (SPUK’s) toe te voegen aan de algemene uitkering. Dit moet dan gepaard gaan met een korting van 10% omdat het Rijk verwacht dat er minder administratieve kosten zijn voor de gemeentes. De consequenties hiervan voor onze gemeente zijn nog niet duidelijk. De laatste berichten in de media zijn, dat deze 10% bezuiniging wel erg optimistisch is geraamd en dat hierover nog gesprekken moeten plaats vinden. Over de mei- en septembercirculaire hebben wij een informatienota opgesteld.

1.7 Herinrichting Planning en Control
In 2023 zijn we gestart met het project herinrichting Planning en Control. We hebben al een aantal punten opgepakt en verwerkt in de begroting 2024. In de begroting 2025 hebben we weer stappen gezet. We hebben nieuwe programma’s benoemd en in de paragrafen de inhoud beperkt tot hoofdlijnen. We moeten hier nog wel een slag in maken, bijvoorbeeld in programma Leefbaarheid, duurzaamheid en mobiliteit. Ook in dit programma willen we meer gaan benoemen wat we daadwerkelijk willen bereiken.

De programma’s zijn financieel evenwichtiger (wens van de raad). Hierbij is gekeken naar de lastenkant van de begroting. Een deel van de informatie is alleen opgenomen in de digitale omgeving. Dit gaat om de volgende onderdelen:

  • Cijfers per taakveld onder de programma’s
  • De toelichting van financiële begrippen
  • De toelichting van afkortingen

Daarnaast zijn er aanpassingen gedaan in de inleiding en de samenvatting van de begroting. We lichten alleen nog bedragen (verschillen) groter dan € 100.000 toe. De beleidsindicatoren benoemen we, maar zijn terug te vinden op de website Waar staat je gemeente.
Hierdoor is het aantal pagina’s van de afgedrukte begroting verder afgenomen van 262 pagina’s bij de begroting 2023 tot 171 pagina’s bij de begroting 2024 tot 130 pagina’s bij deze begroting.
De komende periode gaan we verder met het implementatieplan om te komen tot betere producten van de Planning en Control cyclus. Dit gaat in combinatie met het project Ravijnjaren Spoor 3. Deze projecten komen samen in de Kadernota 2026, welke we weer in de vorm van een volledige Kadernota aanbieden.

Kanttekening
a. Stelposten in de begroting
We hebben in de begroting 2025 een stelpost onvoorzien opgenomen van € 25.000. In de begroting 2025 staat ook een stelpost voor uitgaven voor de Wet open overheid/kosten voor onze dienstverlening.

b. Bijdrage reserve rekeningresultaten
Onze begroting 2025 is structureel sluitend. Dit betekent dat we de structurele lasten kunnen opvangen met de structurele baten. Onder deze structurele baten hebben we ook de jaarlijkse bijdrage uit de reserve rekeningresultaten van € 355.000 opgenomen.

c. Nieuwe wensen
Tijdens de begrotingsbehandeling kunt u met amendementen de begroting wijzigen. Voor de amendementen geldt dat als daarmee extra kosten zijn gemoeid u ook dekking aan moet geven. Het uitgangspunt is namelijk een structureel sluitende begroting. Dit is een van de uitgangspunten in de Kaderbrief begroting 2025. Moties hebben niet direct effect op het begrotingssaldo.

d. Tarieven Ozb stijgen alleen met inflatiecorrectie
De tarieven voor de Ozb zijn alleen met de inflatiecorrectie van 3,8% verhoogd. Bij de vaststelling van de nieuwe Ozb tarieven houden we ook rekening met de WOZ-waardestijgingen. Hierdoor wijkt de daadwerkelijke stijging van de tarieven af van de inflatiecorrectie van 3,8%.

e. Tarieven rioolheffing en afvalstoffenheffing stijgen
Bij deze heffingen is het uitgangspunt een kostendekkend tarief. De tarieven van de rioolheffing stijgen met het inflatiepercentage van 3,8%. De tarieven van de afvalstoffenheffing stijgen met ongeveer 1,2%, dit is lager dan de stijging van 3,8% die we verwacht hadden bij de Kaderbrief begroting 2025.

f. Weerstandsratio
Bij de beoordeling van de risico’s weten we in sommige gevallen niet hoe hoog het financiële risico en de kans daarop is. Maar we weten wel dat we een risico lopen. Dit hebben we aangegeven met “p.m.”. Deze risico’s tellen niet mee in de risicoscores. De werkelijke ratio kan daardoor lager zijn. Onze weerstandsratio is 6,41. Een ratio van 2 of meer is “uitstekend”.
Meer informatie hierover vindt u in de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing.

h. Verloop algemene reserve
Hieronder staat het overzicht van het verloop van de algemene reserves.  

De te verwachten begrotingssaldi 2025-2028 zijn niet verwerkt in deze tabel.

Financiële onderbouwing
Zoals hiervoor al is aangegeven is de begroting meerjarig structureel sluitend door een structureel sluitende begroting 2025: structurele lasten vangen we op met structurele baten.

Communicatie
Na vaststelling van de Programmabegroting 2025 bieden wij deze aan de Provincie aan (dit moet voor 15 november). De kaders voor de subsidies maken we na vaststelling bekend in de Rozet en op onze website.

De Programmabegroting 2025 is digitaal beschikbaar via http://programmavan.bergendal.nl/.

Aanpak/uitvoering
Over de voortgang van de Programmabegroting 2025 rapporteren wij u via de voorjaars- en najaarsnota. In de jaarstukken 2025 leggen wij vervolgens verantwoording af. Dit doen wij zowel inhoudelijk als financieel.

Bijlage
Programmabegroting 2025
Informatienota septembercirculaire 2024

Burgemeester en wethouders

De secretaris,

De burgemeester,

E.W.J. van der Velde

mr. M. Slinkman

Bijlagen digitaal ter inzage
Programmabegroting 2025
Informatienota septembercirculaire 2024 (VB/Raad/24/01954)

Raadsbesluit

De raad van de gemeente Berg en Dal;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 8 oktober 2024;
overwegende dat tijdens de behandeling van de begroting de volgende X amendementen zijn aangenomen;

Dat een XX-tal moties zijn behandeld, waarvan er XX zijn aangenomen en X is aangehouden;

b e s l u i t  :

  1. De programmabegroting 2025 met een saldo van € 1.094.000 negatief vast te stellen, inclusief:
    1. De meerjarenraming 2026-2028;
    2. Het meerjareninvesteringsplan 2025-2028;
    3. Het kader voor de subsidies.
  2. Het incidentele negatieve resultaat van 2025 ter hoogte van € 1.094.000 ten laste te brengen van  de reserve verwachte begrotingstekorten.

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Berg en Dal
op 7 november 2024,

De raadsgriffier,         De voorzitter,

E.W.A.T. Pastoors      mr. M. Slinkman

Deze pagina is gebouwd op 10/21/2024 11:35:53 met de export van 10/21/2024 09:20:38